Exact een jaar geleden stond dit artikel in De Volkskrant: ‘Steeds meer mensen dragen een beugel: zijn ze echt altijd nodig?’ Een stuk van Aliëtte Jonkers, waarmee de weekendkrant opende en dat stond afgedrukt in het wetenschapskatern. Ik had mijn beugel toen ongeveer een jaar.
‘Bijna de helft van de jongeren krijgt tegenwoordig een beugel. Nu is ook bij volwassenen de beugel aan een opmars bezig. Zijn al die ingrepen echt medisch noodzakelijk? ‘Bij de helft is het puur cosmetisch en valt het in dezelfde categorie als lippen opspuiten, borstvergrotingen en liposuctie.’’
Jonkers schetst een dichotomie: een beugel is noodzaak of het is luxe. Dan gaat ze op zoek naar wat de exacte voorwaarden zijn voor noodzaak voor het veranderen van de stand van de tanden, en wat een ‘ideale beet’ is. Die bestaan niet, concludeert Jonker. Ze heeft een hoogleraar gevonden die in 2007 heeft gezegd dat bij hooguit 20 procent van de kinderen de onderste en bovenste kiezen niet goed op elkaar staan, en er bij orthodontie in zijn ogen ‘een overdreven nadruk op esthetiek’ is: ‘Een mooie smile alleen is geen behandeldoel.’
Onomwonden luxe dus, en Jonkers noteert uit de mond van een hoogleraar aan de ACTA (Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam, waar ik mijn second opinion haalde) de, nogal wat mildere, conclusie dat een beugelbehandeling in de helft van de gevallen puur cosmetisch is in Nederland. En dat is dus evident slecht, zo stijgt op uit het artikel van Jonkers.
Ik begrijp dat er geen ideale tandenset bestaat, aan de hand waarvan je kan afmeten in hoeverre iemands mond er van afwijkt, zodat je een ‘noodzaak’ kan formuleren. Maar, en dit is mijn punt, niet alles dat geen noodzaak is, is dan ook maar meteen overbodige luxe. Het is een vals dilemma, een drogredenering. Maar voor Jonkers is het reden genoeg om te concluderen dat door de bank genomen orthodontie onzin is.
Daarna schrijft Jonker ook nog van alles op over wat er allemaal wel niet mis zou zijn met de beroepsgroep, waarmee ze driekwart van het artikel op de man speelt en niet op de bal. Daar komt niet echt iets uit. Het blijft bij verdachtmakingen. Voor een medisch journalist doet Aliëtte Jonkers volgens haar website trouwens wel opvallend veel dagvoorzitterschapjes in de medische wereld – zie je, dat spelletje is niet zo moeilijk.
Why. Er op twitter op aangesproken, lachte Jonkers mij uit: ‘Haha, iemand die mij gaat vertellen waar mijn eigen artikel, over een onderwerp waar ik maandenlang onderzoek naar heb gedaan, over gaat. Fijn weekend nog.’ En ze voegt er een foto aan toe waar een vrouw een bord omhoog houdt waar op staat ‘Journalism is printing what someone else does not want printed. Everything else is public relations. – George Orwell’.
Ze gaat niet inhoudelijk in op mijn kritiek, en het antwoord is aanmatigend bovendien. En ook is het wat oenige citaat hoogstwaarschijnlijk niet van Orwell, zegt quoteinvestigator.com. Journalistiek is beweringen checken, zeker wanneer je een collega de maat neemt.
Het lijkt me heel gezond om welke sector dan ook kritisch te benaderen. Maar dat is niet valse dilemma’s schetsen en daarna wat verdachtmakingen noteren. Jonkers ging natuurlijk op een zere teen staan bij mij, zie de blogjes die ik eerder schreef. Maar gezien haar reactie ging ik ook bij haar op een zere teen staan. Het is een drogredenering en ik heb het Aliëtte Jonkers nog steeds niet vergeven. Haar halfslachtige en verongelijkte artikel niet, maar haar kinderachtige tweets ook niet. Alsof mijn beslissing niet lastig genoeg was. Dit stuk is koren op de molen van de calvinisten die hun theezakjes drie keer gebruiken, en die beugels maar sjiekdoenerij vinden.
Mijn beugel is geen medische noodzaak. Maar er zijn heel veel redenen waarom het ook geen ‘luxe’ is. Laat staan dat ik het als luxe heb ervaren. Wat was haar stuk er enorm van opgeknapt als ze zich daar rekenschap van had gegeven. Mijn redenen heb ik in eerder in deze reeks al opgeschreven. Krijg een kunstgebit, Jonkers, met je ‘dezelfde categorie als lippen opspuiten, borstvergrotingen en liposuctie.’
Morgen meer over het resultaat.
In de laatste week dat ik een beugel droeg, schreef ik elke dag een blog over het dragen van een beugel als volwassene. Hier lees je het eerste blogje in de serie, en hier voor het volgende.